01: Kalibratie temperatuursensor: Wordt gebruikt om de temperatuur die wordt weergegeven op de sensor te kalibreren als deze niet overeenkomt met de werkelijkheid.
02: Maximum insteltemperatuur: Wordt gebruikt om de maximum insteltemperatuur te beperken.
03: Minimale insteltemperatuur: Wordt gebruikt om de minimale insteltemperatuur te beperken.
05: Vorstbeveiligingstemperatuur: Wordt gebruikt om de vorstbeveiligingstemperatuur in te stellen.
09: Dode zone: voorkomt gelijktijdige activeer van airconditioning en verwarming. 0 = ontgrendeld / 1= vergrendeld
10: Standaarddisplay: Wordt gebruikt om de ingestelde temperatuur weer te geven wanneer de thermostaat op stand-by staat = 1 of de kamertemperatuur = 0.
11: Toetsvergrendeling: Vergrendelt de thermostaatknoppen = 1 of ontgrendelt = 0
12: Automatische vensterherkenning. Activeert vensterdetectiemodus = 1 of uitschakelen = 0
13: Detectietijd opening venster : Wordt gebruikt om de detectietijd in te stellen wanneer een venster wordt geopend (in min).
14: Gevoeligheid daling raamtemperatuur : Hiermee kun je de detectiegevoeligheid instellen wanneer een raam openstaat (in °C).
15: Uitschakeltijd verwarming na openen raam : Wordt gebruikt om de tijd (in min) in te stellen waarna de verwarming wordt uitgeschakeld na het openen van een raam.
17: Reset: Gebruikt om de thermostaatinstellingen te resetten = 1 druk dan 5 seconden op de centrale knop